Onweersnacht

Het was een donkere onweersnacht.
Ik hoorde in mijn slaap
dat mijn hart zachtjes voor zich uit
een melancholieke wijs zong.

Ik werd door een hevige donderslag gewekt.
De onweersbui,
als in een aanval van woede,
viel hevig op het dak,
alsof zij
mijn afgezonderd huisje wilde verwoesten,

waarin ik in bed lag,
in de greep van verdriet,
verzonken in de melancholieke wijs van mijn hart,
terwijl mijn eenzaam huisje probeerde
de druk van de storm te weerstaan.

En toen verblindend felle bliksemflitsen
af en toe
door het duister van mijn kamer sneden,
rukten zij fragmenten van mijn levensweg op
uit de diepte van mijn geheugen.

De beelden van mijn herinneringen
kwamen voor een ogenblik op
en vulden mijn versleten, wenend hart
met jeugdsentiment.

Mijn hart zong zachtjes voor zich uit
de melancholieke wijs
door tranen heen.
En de nacht ging door
met regentranen
mijn eenzaam huisje nat te maken.


15 december 2005


Рецензии